Mijn moeder

Mijn moeder wilde in deze tijd van het jaar nooit op vakantie. Dan was haar tuin, met vooral roze en witte bloemen, veel te mooi en kon ze daar maar moeilijk afscheid van nemen. Ze gingen altijd wel weg in deze tijd van het jaar om de grootste drukte voor te zijn, maar ze was blij wanneer ze dan weer terug was en haar tuin weer in kon. Nu ik dit schrijf, zie ik de tuin van mijn ouders weer voor me. Goed onderhouden, met veel liefde en aandacht, en alles even lieflijk en geurend.

Mijn moeder bedacht van alles en mijn vader voerde het uit. Een klaterend fonteintje in een oude wasbak, een prachtig rond straatje als terras met zilverzand ertussen voor een mooi effect, en een op maat gemaakt houten deksel op de waterput. Gelukkig regent het nu ik naar buiten kijk, want mijn tuin had het de afgelopen weken — zeg maar maanden — zwaar te verduren. Ik had er net fruitbomen en planten in gezet, en toen sloeg de droogte toe.

Ik moest wel sproeien, omdat de nieuwe aanwas anders dood zou gaan, maar jammer was het wel. Ik hoop dat dit weekend de hemel opengaat en er veel water valt, want dat kan iedereen wel gebruiken. Natuurlijk zit ik zelf ook liever in het zonnetje, maar dit is niet vol te houden, en al dat gele gras langs de kanten van de weg is geen gezicht.

Ik heb nu overal potten en pannen staan om water op te vangen, zodat ik dat weer kan gebruiken wanneer het weer droog mocht blijven. De natuur staat onder druk en is grillig. Altijd al geweest natuurlijk, alleen dachten we jarenlang dat we wisten wat en hoe we het een en ander konden verwachten. Temperaturen, zon, regen en kou — we hadden het patent op Hollandse zomers, zachte winters en natte herfstmaanden.

Dat is nu ineens anders en alles en iedereen moet zich hierop aanpassen. Dat is nu eenmaal zo. Dus wanneer het regent: niet meer klakkeloos al het regenwater afvoeren naar zee, maar juist opslaan en bewaren voor droge tijden. Dat is het enige wat het verschil kan maken, denk ik.

Mijn moeder maakt dit gelukkig allemaal niet meer bewust mee. Meer en meer leeft ze in haar eigen wereld, en ze is nog wel steeds heel blij wanneer je langskomt. Ze weet niet meer dat ik het ben, maar wel dat het ‘goed volk’ is dat veel van haar houdt. Ik kan daar goed mee leven en hoop dat het vrij pijnloos blijft allemaal, tot aan haar dood.

Tot die tijd probeer ik haar zo vaak als mogelijk even te bezoeken en te knuffelen. Menselijk contact is zo belangrijk, juist bij haar. Ik neem de volgende keer een pioenroos uit de tuin mee, voor in een vaasje. Een van haar favorieten en een stek uit haar eigen mooie tuin.

Next
Next

Zuurdesembrood is in – leer het zelf bakken bij Oest